Nederlands in plaats van levensbeschouwing?
- verbaetenevilyn
- 17 dec 2022
- 3 minuten om te lezen
Geen leerkracht godsdienst? Dan maar een uur Nederlands: opvallend voorstel om ‘verloren’ vakken toch in te vullen
Het equivalent van 145 voltijdse leerkrachten is vorig schooljaar niet vervangen bij afwezigheid van de leraar godsdienst of zedenleer. Dat betekent dat hun leerlingen duizenden uren in de studie zaten. Oppositiepartij Vooruit wil die ‘verloren’ uren inzetten voor pakweg lessen Nederlands of burgerschap.
Jens Vancaeneghem
Gisteren (16/12/2022) om 06:31
Het was een opvallend resultaat uit onze enquête bij directeurs in het begin van dit schooljaar: veel scholen zaten toen met de handen in het haar omdat ze geen leerkracht godsdienst of zedenleer hadden. De cijfers die oppositiepartij Vooruit opvroeg bij Onderwijsminister Ben Weyts (N-VA) bevestigen het probleem.
Tel je alle afwezigheden van leerkrachten godsdienst op waarvoor vorig jaar geen vervanger is gevonden, dan kom je uit op 145 voltijdse leerkrachten: 115 leraren godsdienst en 30 leraren zedenleer. Het gaat om afwezigheden van langer dan twee weken, want pas daarna mogen middelbare scholen een vervanger inschakelen.
Achter dat cijfer schuilen veel meer leerkrachten die voor een langere of kortere periode afwezig waren door bijvoorbeeld ziekte of zwangerschapsverlof. In vergelijking met het totale aantal leraren levensbeschouwing in het middelbaar, 3.600 voltijdse krachten, valt dat misschien nog mee, maar in realiteit zaten leerlingen duizenden uren in de studie.
“Te zot voor woorden”, vindt Vooruit-parlementslid Hannelore Goeman. Zij pleit er nu voor om een deel van die ‘verloren uren’ te gebruiken om andere vakken te geven. “Een extra uur Nederlands bijvoorbeeld om de taalkennis van leerlingen te versterken. Of een uur burgerschap om leerlingen te leren over democratie.”
Scholen krijgen nu uren toegekend om specifiek leerkrachten godsdienst of zedenleer aan te werven. Daarmee moeten ze twee uur godsdienst per week geven. In het katholiek onderwijs gaat het uiteraard enkel om katholieke godsdienst. In de scholen van de overheid – de Vlaamse Gemeenschap (GO!), de steden en gemeenten (OVSG) of provincies (POV) – hebben leerlingen de keuze tussen een van de zes erkende godsdiensten en zedenleer.
Godsdienstvrijheid
Vooruit roept de minister op om een deal te maken met de erkende levensbeschouwingen om de niet gebruikte uren open te stellen voor andere vakken zodra de vacature drie maanden blijft openstaan. In het parlement antwoordde Weyts dat dat niet zomaar kan, omwille van de grondwettelijke godsdienstvrijheid.
Volgens Johan Lievens (KU Leuven), specialist in onderwijsrecht, gaat het voorstel niet in tegen de grondwet, maar schuurt het er eerder tegen. “De echte bedreiging voor het recht op levensbeschouwelijk onderwijs is nu dat er geen leerkrachten zijn”, zegt hij. “Zolang het om een tijdelijke maatregel gaat, moet het kunnen.” Vraag is dan nog welke andere leerkrachten scholen kunnen vinden om het gat te vullen, want het lerarentekort zit overal.
Weyts lijkt niet meteen in te gaan op het voorstel, maar vanaf 1 september 2023 is het wel de bedoeling om in de derde graad van het middelbaar een uurtje godsdienst minder te geven in de scholen van het GO!, OVSG en POV. In het GO! lopen nu al proefprojecten om in dat tweede uurtje ‘interlevensbeschouwelijke dialoog’ te geven, waar alle leerlingen samenzitten.
Mijn persoonlijke mening: levensbeschouwelijk onderwijs behoort tot de privésfeer. Als je godsdienst wil volgen, ga dan naar de kerk. Als je islam wil volgen, ga dan naar de moskee. Als je zedenleer wil volgen, ga dan naar ‘het huis van de mens’. Dan heb je toch ook nog grondwettelijke godsdienstvrijheid? In Nederland is er volgen mij ook godsdienstvrijheid. Waarom kan het daar wel en hier niet?
Ik heb mijn vijfde middelbaar in het Sint Odulphuslyceum in Tilburg gevolgd. In die Nederlandse school kregen we geen levensbeschouwelijk onderwijs, wel maatschappijleer. Ik vond dat persoonlijk veel interessanter en leerrijker. Ik vind het wel belangrijk dat we leren over levensbeschouwing, maar dan wel over alle levensbeschouwingen. Het proefproject van het GO! lijkt me een heel goed idee: ‘interlevensbeschouwelijke dialoog ‘ met alle leerlingen. Ik denk dat de leerlingen meer leren dan enkel het levensbeschouwelijke. Ze leren er ook respect hebben voor anderen, respect hebben voor het anders-zijn. Sociale vaardigheden worden geoefend. En hoogstwaarschijnlijk zal dit in het Nederlands gebeuren. Daar heb je je extra uurtje Nederlands!
Wat ik zou voorstellen betreft geen tijdelijke maatregel, dus dan zal het wel in strijd zijn met onze wetgeving. Maar die kan veranderd worden. Tot die tijd moeten we alternatieven zoeken om het lerarentekort in de levensbeschouwelijke vakken op te vullen. Maar inderdaad: met welke leerkrachten? Leerkrachten Nederlands? Degene die er niet zijn? Dat wordt een moeilijke oefening.
Dag Evilyn
Ik vind dat je hier een interessant en delicaat artikel bovenhaalt. Het is moedig van jou om hierop te reageren, aangezien vele ministers geen duidelijk antwoord hebben op deze problematiek. Ik sluit me aan bij jou dat godsdienstvrijheid positief kan zijn, en dat dit in onze hedendaagse samenleving zeker een grotere plek mag hebben in het onderwijs. Toch blijft er in België het katholieke onderwijsnet bestaan, en dat is niet iets wat zo meteen gaat veranderen. Waar we wel de vraag kunnen stellen is, of de invulling van die uren godsdienst dan wel zo goed wordt benut. In jouw artikel wordt er zelfs gesproken om deze uren te vervangen met Nederlands, wat ook zeker een pluspunt kan zijn.…